90-jarig Black Boys doorstond alle stormen
za 10-05-2014 Black Boys zag het levenslicht op 14 mei 1924 en viert komende week het 90-jarig jubileum. De club kende in de voorbije negentig jaar een roerig bestaan met vele ups en downs. De voetbalclub "ut de Noorderhoek" werd vanwege een gebrek aan leden en door de vele terreinperikelen menigmaal doodgewaand. Maar Black Boys beschikte over een enorme dosis veerkracht en doorstond alle stormen.
De naam
De verenigingsnaam had wel wat voeten in de aarde. Die naam ontstond eigenlijk bij toeval. In die dagen was zwarte stof het goedkoopst en iedere speler had wel een zwart shirt, een zwarte broek en zwarte kousen en dat werd dan ook het clubtenue. En dat tenue was vervolgens de basis voor de clubnaam “Black Boys”. In de jaren zestig en zeventig speelden veel Indische en Molukse jongens bij Black Boys en kreeg de club de koosnaam "de Zwartjes". Die koosnaam kreeg in de jaren negentig uit nood een nieuwe dimensie. De club had een chronisch tekort aan leden, maar nabij Sportpark Noorderhoek werd in die tijd aan de Harste een asielzoekerscentrum geopend. De club zette de deur open voor de veelal donker getinte vluchtelingen en Black Boys wist daardoor het hoofd boven water te houden. Blak Boys
"Prachtech hoe't se Black Boys skreven, maar 't noait seiden allienech als je ut over Blak Boys hadden, hoarden je der pas echt bij dat kostlek moaie swarte shirt met dy groate witte V foar op ut burst dêr likten je als foetballiefhewwer de fingers bij ou al waren je nòch su fyn as poppestront." Henk van der Veer - 2007 De beginjaren
Sportpark Noorderhoek was overigens niet het eerste terrein, waar de club zijn wedstrijden speelde. In het eerste jaar van zijn bestaan speelde de club die toen welgeteld 13 leden had, op het IJsbaanterrein. In 1925 verhuisde Black Boys naar een veld aan de Lemmerweg en deed de club voor het eerst mee aan de FVB-competitie. Drie jaar later trad de club toe tot de KNVB. Black Boys maakte in deze periode een grote groei door. In 1929 richtte de club een eigen jeugdafdeling op en twee jaar later promoveerde het eerste elftal naar de tweede klasse, het hoogste niveau in de nu 90-jarige historie. In 1935 verscheen voor het eerst een eigen clubblad, de “Black Boys Bode”. In die tijd had Black Boys met mannen als Jacky de Wilde, H. Schriemer en Geert Kracht een sterke hoofdmacht en dat elftal wordt nog steeds gezien als één van de beste teams die de club ooit heeft gehad.
Terreinperikelen
In 1936 verhuisde Black Boys noodgedwongen naar het terrein achter de R.H.B.S. aan de Almastraat en een jaar later naar een locatie achter de Ubbo Emmiusstraat. Daar werden dankzij een bijdrage uit het crisisfonds van de KNVB twee voetbalvelden aangelegd en na veel zelfwerkzaamheid werd het sportpark (later omgedoopt tot Sportpark Noorderhoek) in 1937 geopend.
In de oorlogsjaren werd de competitie onderbroken en na de bevrijding in 1945 lag het complex er compleet verwaarloosd bij. Nadat de verwoeste terreinen waren opgeknapt, kende Black Boys een paar jaar later opnieuw een rampdag. Op 1 maart 1949 storte de net gerestaureerde tribune met kleedboxen volledig in. Maar na verschillende inzamelingsacties kon de boel weer worden opgebouwd en een kleine tien jaar later werd de accommodatie uitgebreid met nieuwe, door de leden zelf gebouwde kleedkamers. In 1965 moest Black Boys de Noorderhoek tijdelijk verlaten vanwege de renovatie van de velden en vond de club onderdak bij zustervereniging LSC 1890 op het Sportpark aan de Leeuwarderweg om een jaar later weer naar de vertrouwde omgeving van de Noorderhoek terug te keren. Daar werden in 1973 de trainingsfaciliteiten uitgebreid met een gravelveld en vier jaar later onderging het clubhuis van Black Boys een grondige renovatie. Bloei
Eind jaren vijftig degradeert de club naar de vierde klasse, maar het verloren gegane terrein wordt meteen weer heroverd en in 1960 wordt Black Boys kampioen met in de Sneker voetbalwereld bekende spelers als Libbe Bouma, Joop Tinga, Jan Hofstra, Jappie Bos en Joop "Grutje" Greidanus in de gelederen. In diezelfde periode wordt de vereniging verrijkt met een donatrice-afdeling en niet veel later bloeide de vereniging onder leiding van Dicky van der Werf en met Ad Goesten als trainer als nooit tevoren. Die bloei werd in 1968 wreed verstoord door het overlijden van doelman Libbe Bouma, één van de beste keepers uit de historie van Black Boys, en van verdediger Joop Tinga. Maar Black Boys had de jeugd en dus de toekomst, want de A-junioren werden met de latere coryfeeën Tjitse Klijnstra en Harrie Koenen in de gelederen een jaar later ongeslagen kampioen.
tekst gaat verder onder de afbeeldingen |
Verhuizing
Toch bleek die toekomst broos. In 1974 werd het 50-jarig bestaan met o.a. een wedstrijd tegen de oud-internationals gevierd, maar langzamerhand kreeg Black Boys het zowel sportief als qua ledental steeds moeilijker. Die situatie leidde tot besprekingen met andere Sneker clubs, maar tot een fusie of samenwerking kwam het niet. Het voorstel werd door de leden afgewezen en Black Boys bleef zelfstandig. Dat was het begin van een moeilijke tijd en de festiviteiten rond het 75-jarig bestaan werden dan ook volledig beheerst door de gedwongen verhuizing naar Sportcentrum Schuttersveld. Ook de sportieve prestaties leden hieronder en Black Boys daalde af naar de kelder van het amateurvoetbal.
|
Er werd nog op straat gevoetbald of in de hokjes van de veemarkt. Poten was het ritueel, waarbij de besten altijd als eerste werden gekozen. De politie die zo maar jouw moeizaam bijeen gespaarde leren voetbal van Janssen Sport in beslag nam. en lek stak. Pupillen die toen nog welpen heetten en alleen op zomeravonden tegen elkaar voetbalden. Elftalfoto's van ESSO en Panini-plaatjes werden verzameld en bij de sigarenzaak van Auke Modderman op de Oosterdiek stond, of de wedstrijd van jouw elftal was afgelast. Velen zullen zich die tijd van weleer herinneren. In die tijd waren drie corners nog gewoon een PENGEL
|
SOCIAL
|